Engelse naam: | Hen Harrier |
Duitse naam: | Kornweihe |
Franse naam: | Busard Saint Martin |
Grootte: | 43-50 cm |
Spanwijdte: | 100-120 cm |
Voedsel: | 's Zomers jongen van fazanten en weidevogels, zangvogels, muizen en jonge konijnen. 's Winters voornamelijk veldmuizen. |
Broedduur: | 32 dagen |
Nestjongfase: | 33 dagen |
Het mannetje van de blauwe kiekendief is blauwgrijs en heeft zwarte vleugelpunten. Hij is aan de onderzijde witachtig met scherp afgetekende zwarte vleugelpunten. Kop en borst zijn blauwgrijs. In vlucht lijkt het mannetje blauwe kiekendief grijs tot wit met zwarte vleugelpunten. Het volwassen vrouwtje is bruin, met een witte stuit. Een blauwe kiekendief heeft een wat steviger postuur en bredere vleugels dan de steppe- en grauwe kiekendief. De vrouwtjes van deze drie soorten zijn lastig van elkaar te onderscheiden.
De blauwe kiekendief komt voor in open gebieden als heide, moeras, braakachtige graslanden en hoogveen. Jaagt ook in open gebieden, in een lage zoekvlucht. Met het verdwijnen van de natuurlijke habitats heeft de soort zich aangepast en broedt soms in akkerbouwgewassen.
Nest wordt op de grond gemaakt. De meeste paren beginnen in april of mei met de eileg. De soort broedt in Nederland bijna alleen nog op de Waddeneilanden. De aantallen gaan ook op de Waddeneilanden schrikbarend achteruit, waarmee de soort in Nederland ernstig bedreigd is. De oorzaak hiervoor ligt in de veel te lage jongenproduktie, veroorzaakt door vooral voedselgebrek en ook door verstoring. Enige lichtpunt was dat in 2010 ook broedende blauwe kiekendieven vastgesteld werden in het akkerland van Oost-Groningen.
Komt in Europa vooral voor Fenno-Scandinavië, Rusland en Frankrijk. De Nederlandse blauwe kiekendieven overwinteren in West-Europa. In de winter overwinteren in Nederland vooral Scandinavische vogels.
verder lezen: The Hen Harrier van Donald Watson (ISBN: 9781408137567)